dinsdag, mei 05, 2015

Rit door de bergen naar Trinidad

4 mei 2015

Rit door de bergen naar Trinidad

Omdat we gisteren al een stukje gereden hebben van de weg naar Trinidad en precies weten waar de afslag ligt, voelen we ons heel zeker over de route.
Het regent flink als we vertrekken en waar we niet op gerekend hebben is dat de hoofdstraat in de stad in afgesloten van verkeer. Dat wordt hier aangegeven door een rood-wit afzetlint en verder zoek je het maar uit!
Dat doen we dan ook en het komt goed: na enig heen en weer rijden, komen we op de vertrouwde weg. Het is inmiddels opgehouden met zachtjes regenen en we overleggen even of de toch de bergroute nemen of voor safe gaan: we nemen de bergroute.
Het gaat goed: er is nog redelijk wat bewoning in de dorpjes van 4 a 5 huizen, waarvan de naam natuurlijk niet meer op onze toch wel goede kaart voorkomt.
Bij het begin is er nog wat bewegwijzering, maar al gauw vinden ze dat daar niet meer nodig, terwijl er toch soms nog wel een kleine zijweg is....we rijden dus min of meer op gevoel over de Pico San Juan; een bergkam.
Peter vindt dat we te veel bochten naar links maken, terwijl we toch echt meer rechts zouden moeten gaan.
Dus slaan we bij de de volgende y-splitsing rechtsaf.
De weg wordt veel stijler, de kuilen veel dieper, de bewoning nog schaarser en ik constateer dat er ook geen bordjes meer staan "verboden te passeren" en die stonden er tot nu toe wel.
We doen even aan wildplassen (we hoeven niet echt bang te zijn dat iemand ons ziet, want we hebben al zeker meer dan een twee uur geen auto gezien en ook geen verlaten voetganger meer).
We draaien terug naar de y-splitsing en verdomd: we zien een wandelaar in een bruine vetleren regencape. Hij begrijpt onze vraag en wijst dat we zojuist op de goede weg zaten, dus terug en even doorbijten op de kuilenweg en de bergversnelling wat meer gaan gebruiken.
We drinken even een kop koffie bij een totaal verlaten "restaurant" dat schijnbaar soms veel klanten heeft, maar nu even niet! We zijn de enigen.
Het lukt, en na nog een halfuurtje rijden, botsen we bijna letterlijk tegen een gigagroot huis aan, waar we omheen moeten rijden om verder te kunnen. Het blijkt een kuurhotel te zijn "Escambray", in 1937 gebouwd door dictator Batista als sanatorium: het wordt nog druk bezocht, naar het schijnt.

Om een uur of twee komen we in Trinidad bij Casa Mi Cuba, midden in het oude centrum.
We stappen zo de huiskamer binnen, met 2 a 3 vrouwen/mannen die ons heel hartelijk welkom heten.
Dariel, een neef van de eigenaar, heeft ons dan al gewezen waar we de auto kunnen parkeren en sjouwt onze koffers door de huiskamer, de eetkamer, de kleine patio vol planten, naar "ons" gedeelte in het achterhuis.
Een kleine, gezellige kamer en dito badkamer, van alle gemakken voorzien: van paraplu's tot een kaarsje op de rand van het bad. Er is overal veel zorg aan besteed.

We krijgen een welkomstdrankje en Dariel geeft ons -in goed Engels- wat toeristische jnformatie. We besluiten om morgen met hem een paar uurtjes naar de suikerplangages rondom Trinidad te gaan. De suiker heeft Trinidad gemaakt tot wat het nu is: veel mooie huizen van de voormalige plantage-eigenaren en veel kleine huisjes van de slaven die op de plantages werkten. Van de welvaart van destijds is niet meer zo heel veel over: de mensen zijn er arm. Toch heeft het stadje een relaxte sfeer en er wordt wel eens om geld of zeep gevraagd of iets te koop aangeboden maar de sfeer wordt niet minder als je vriendelijke "No, gracias" zegt.

We wandelen een flink stuk door he stadje, aanvankelijk nog met paraplu's. Die kunnen we na een uurtje naar huis brengen en daarna pakken we nog een ander stukje van de stad. We drinken een Daiquiri in het beroemde cafe Floridita (samen met een koperen beeld van Hemingway en een ontzettend dronken Cubaan, die alleen maar schijnt te zitten repeteren wat hij thuis zal vertellen als hij weer eens dronken aankomt.....).
Als het vanavond ook droog blijft, gaan we naar de Casa de la Musica, een deel van het Plaza Mayor waar elke avond in de open lucht, gedronken, gemusiceerd en gedanst wordt.

We kiezen een restaurant dat in de capitoolgids wordt beschreven: La nueva era.
Het blijkt een gouden greep. Het eten is lekker. Bovendien zitten we op de smalle reep terras aan de voorzijde met pal voor ons een fantastische band die door de gigantisch grote toegangsdeur niet alleen het hele restaurant toezingt, maar er ook nog in slaagt het hele terras te bespelen. Ik ben zwaar onder de indruk van de kwaliteit die we te horen krijgen: het swingt, de salsa druipt ervan af en soms is het melancholisch als ze b.v. zingen over Che Quevara, El Capitan.
Het nieuwe tijdperk (la nueva era) laat nog wel even op zich wachten.....


- Posted using BlogPress from my iPad

Geen opmerkingen:

Een reactie posten